22 september 2017

Over een ring en een handdoek. Oftewel wanhoop.

Voor iedereen die alleen maar korte happy, happy, joy, joy berichten wil lezen. Klik vooral nu weg nu je de kans nog hebt en negeer me vooral.

Want als je me echt zou kennen, dan zou je weten dat het momenteel alles behalve goed gaat hier en dat ik serieus overweeg om de handdoek in de ring te gooien. 
Ik weet het niet meer, ik weet even niet meer hoe het verder moet. En ik heb niet meer de helderheid van geest noch de energie om nog iets te verzinnen dat kan helpen.

Voor het eerst in hele lange tijd verwens ik mijn stemmen en zou ik even willen dat ze allemaal op zouden zouten of toch minstens hun kop zouden houden. Daar gaan al mijn positieve woorden over hoe dankbaar ik ben voor m'n stemmen. Ja, my ass.... nu even niet. Zei de hypocriet.

Het voelt alsof de derde wereldoorlog is uitgebroken in mijn kop, of misschien wel de eerste stemmenoorlog. Maar hoe je het ook noemt, het boeit niet, ik word er wanhopig van en voel me aan het eind van mijn latijn. Maar maakt het wat uit eigenlijk? 

De een jankt en schreeuwt al twee dagen compleet hysterisch en ik krijg er geen zinnig woord uit. De redenen veranderen met de minuut en de hysterie wordt groter en ik kan maar niet bedenken wat de werkelijke oorzaak is. De ander reageert hierop door olie op het vuur te gooien en haar nog banger te maken dan ze al is en rotstreken uit te halen, tot grote woede van de volgende die hem weer kwaad maakt waardoor zijn woede en streken nog veel grotere vormen aannemen. De Bitsj is back, nog meer olie. En ik faal aan alle kanten. Ik begrijp het niet, ik kan het niet volgen, ik kan het niet stoppen, niet veranderen, niet voor ze zorgen.
Niet voor mezelf zorgen. Ik heb al geprobeerd mijn kop door de muur te bonken in de hoop dat ze dan (hun k)ophouden, mijn equivalent van een kind een goed pak slaag geven zullen we maar zeggen, maar natuurlijk helpt dat niet. En ja dat weet ik ook eigenlijk best wel. Maar ik weet het niet meer. Pure wanhoop gok ik. Maar wat dan wel?

Mijn energie is op, mijn lontje meer dan kort. Ik ben opgefokt, kwaad, verdrietig en bovenal wanhopig en moe. Ik wil dat het stopt, dat ik stop.

En wat moet ik ermee? Erover praten? Waarom? Verder dan een 'rot voor je' of een 'succes ermee' komt men niet. En daarna sta ik er weer alleen voor, dus wat heeft praten voor zin?

'Het gaat wel over en het wordt écht weer beter' is er nog zo een....maar wat een dooddoener en arrogantie...
Want wordt het ooit beter? Wat is beter? Mijn ervaring is vooral dat het leven soms even een tijdje draaglijker kan zijn, maar het blijft knokken elke dag, elk uur, elke minuut.
En wanneer mag je ophouden met knokken? Wanneer is genoeg genoeg? 
Wat als je het in je eentje niet weet, niet redt, maar er niemand is die je kan of wil helpen, puur omdat je  door de indeling van de GGz aan de verkeerde kant zit, en je terug werpt op jezelf, die net zei dat hij het niet meer wist....

Ik weet het niet meer, ik ben moe en ik ben op.
En ja ik faal en ik ben zwak.
Dat is dan maar zo.
Fuck it.


15 september 2017

Rust in de tent!

Waar ik aan denk?
 Tja, aan iets waar ik al langere tijd mee worstel.

Zoals sommige mensen misschien wel weten, heb ik één hele grote hobby, namelijk: borduren.
En ja, daar worden vaak grappen over gemaakt, maar mij geeft het veel rust. Ik moet namelijk tellen en me concentreren en dat zorgt ervoor dat ik niet al te veel kan denken, en zelfs dan denk ik nog té veel.

Ruim 15 weken geleden heb ik me enthousiast ingeschreven voor een zogenaamd 'mystery borduur project'. En vol goede moed ging ik daarmee aan de slag.

Een voor mij onbekend patroon, was 'in stukken gehakt' en iedere week zou je een 'blok' krijgen, dat je dan een week later af moest hebben. Je moest er dan een foto van plaatsen en dan kreeg je de volgende zondag weer een nieuw blok. En dat dan 25 weken lang.

Ik begon vol goede moed en zag het als een avontuur.

Omdat je niet weet wat het gaat worden, kan het twee kanten op: het kan mooi worden, of het kan niet jouw smaak zijn. Maar ja, that's all in the game!

Maar het avontuur begon me steeds minder te bevallen. Ik begon me te ergeren aan de vele regels die er steeds opnieuw weer bij kwamen, en die naar believen veranderd werden als dat beter uitkwam voor de persoon in kwestie. Ik ergerde me aan zo veel dingen en het plezier was eigenlijk al lang weg. Bijna de hele week was ik bezig aan een project dat ik eigenlijk al lang niet meer leuk vond, door het gezeur eromheen.

Maar ja.... Ik ben opgevoed met de slogan: "je maakt af waar je aan begint". En ook hier vond ik dat van toepassing. Bovendien vond ik het zonde van het garen, het doek en de tijd die er al in zat.

Toen van de week iemand gestopt was omdat ze 'het niet mooi vond worden', en deze persoon onmiddellijk uit de groep gegooid werd, brak er iets in mij.

Vandaag sprak ik over 'het gedoe' met mijn psycholoog (zo hoog zat het me) en ze hoorde me aan en haar mond viel zo'n beetje open van verbazing toen ze hoorde wat er allemaal speelde. Ze vroeg me waarom ik niet gewoon stopte. Maar ja, daar zat dat zinnetje 'je maakt af waar je aan begint' weer aan de weg.

Maar ze had wel gelijk, en dat weet ik ook. Ik ben mijn tijd aan het verdoen met iets dat ik eigenlijk niet meer leuk vind. Ik werk aan iets waarvan ik weet dat ik er nooit iets mee ga doen. Ik heb er geen plezier meer in en het kost me bergen met energie. Lijkt me logisch toch??

En dus heb ik zojuist de knoop doorgehakt en daad bij woord gevoegd, ik heb me uitgeschreven van het project en ook van de daarbij horende borduurgroep. En guess what??? Het geeft nu al rust!

Geen gezeik meer, geen drama meer en eindelijk weer werken aan leuke dingen!!!
Klaar met drama en machtsspelletjes.


foto: tot zover mijn project... de vuilnisbak was er blij mee. 

6 september 2017

Zoektocht naar mezelf....

Het is vandaag exact een jaar geleden dat ik begon aan mijn 'officiële zoektocht naar mezelf'.
Op zes september 2016, na lang wachten, was het zo ver: ik had mijn allereerste afspraak op receptie K van het Vumc in Amsterdam, ook wel de genderpoli genoemd.

En oh, wat was ik zenuwachtig. Zouden ze me wel serieus nemen? Zouden ze me niet meteen wegsturen als ze zouden horen van m'n psychiatrisch heden en verleden? 
En al die bijbehorende overwegingen: ga ik open kaart spelen, zal ik dat wel of niet zeggen? Dit wel, dat niet. Enzovoorts.

Die lange wachtlijst had ook voordelen, die ik overigens nu pas zie. Doordat je lang moet wachten, ben je min of meer gedwongen om zelf op onderzoek uit te gaan: wie ben ik, waar hoor ik, wat wil ik? 
En toen ik op die bewuste dag in september binnenstapte, wist ik dan ook heel zeker wat ik was en wat ik wilde. En misschien nóg wel duidelijker, wat ik NIET wilde.

Ik zag mezelf als transman: iemand die bij de geboorte op grond van de uiterlijke geslachtskenmerken tot vrouw benoemd is, maar zich in alles man voelt.
En mijn grote wens was: niet meer ongesteld worden en dus dat hele kippenhok eruit en geen borsten meer hebben. Ik wilde niet in transitie (in de volksmond het akelige: 'omgebouwd worden') en ik wilde geen hormonen. Als dat eenmaal gedaan was, zou ik eindelijk mezelf kunnen zijn en eindelijk gelukkig zijn? Duidelijk en simpel toch???

Nu zijn we exact een jaar, maar nog niet zo heel veel stappen verder. Het is een traject en het traject gaat langzaam. Ik heb maximaal één gesprek per maand. En als je bedenkt dat er na dat allereerste gesprek weer drie maanden gewacht moest worden en de psycholoog ook een paar keer ziek was, dan snap je dat er nog niet zoveel gesprekken geweest zijn. 

Dat traject mag dan langzaam gaan en het mag erop lijken alsof het niet vooruit komt en er niks verandert. In mijn hoofd ligt dat toch net wat anders.

Als je me nu vraagt hoe ik mezelf zie, dan is mijn antwoord heel anders dan een jaar geleden. 
Ik beschouw mezelf nu niet langer als transman, maar als non-binair, oftewel ergens tussen man en vrouw in, oftewel: geen van beiden.
Hoe kun je nou in één jaar tijd compleet veranderen in het beeld en gevoel wat/wie je bent? Voor mij is dat antwoord simpel. Als je niet genoeg informatie hebt en zelf ook het gevoel hebt dat er eigenlijk maar twee keuzes zijn (man of vrouw) en je voelt je absoluut niet het ene, dan moet je wel het andere zijn. Simpel toch?
Wist ik veel dat er meer smaken waren dan vanille en chocolade... er bleken nog zoveel meer smaken!  En zo is het ook met gender. Er is meer tussen hemel en aarde dan man of vrouw.

Nu ik meer informatie heb en krijg en geholpen wordt in mijn zoektocht, kan ik mijn beeld van wie/wat ik ben bijstellen. En dat heb ik dan ook gedaan: ik ben non binair. 

Toen ik vorig jaar binnenkwam wist ik ook wat ik lichamelijk wel en niet wilde, maar ook dat is drastisch veranderd. Het hele kippenhok eruit? Ach.... ik kan ook goed leven met eens in de zoveel tijd de prikpil te halen. Die zorgt ook dat ik niet meer ongesteld word en dát was tenslotte de wens. En ook hier geldt weer: gebrek aan informatie. Ik dacht dat ik, om dat doel te bereiken (niet meer menstrueren), maar één optie had, namelijk de boel eruit laten halen. Maar dat is dus niet zo!

En die borsten eraf? Ook daar ben ik inmiddels niet meer zo zeker van, want als dat zo is, zou ik dan met ontbloot bovenlijf op het strand rond durven lopen? Het antwoord is nee. Waarom niet? Omdat de rest van mijn lijf dan niet klopt met dit plaatje (geen borsten).

Dus nu worstel ik met de vraag: wanneer klopt voor jou het plaatje wel? Wat moet er lichamelijk wel of niet gebeuren om het plaatje kloppend te maken. Hoe ziet dat ideale plaatje eruit? En om heel eerlijk te zijn: ik weet het (nog) niet!

Wat ik wel weet, is dat ik in 2015 een boek ging schrijven. Iets dat voor mij alleen mogelijk was, als ik dat onder een andere naam zou doen. Ik koos toen mijn gewenste mannelijke naam: Mick. En zo kwam het boek ook op de wereld, geschreven door Mick.
Het is nooit mijn bedoeling geweest om als Mick door het leven te gaan. Maar ik wilde wel ervaren en uitproberen hoe het zou voelen om als Mick, hem en hij door het leven te gaan. En dat heb ik nu (op sommige plekken) gedaan...

Maar dat is het ook niet helemaal. Ik was niet ontevreden met mijn meisjes naam, en nog niet. Een naam is maar een naam. Het bijbehorende mevrouw, dáár wil ik vanaf, en het liefst ook van zij en haar. Maar dat schijnt verwarrend te zijn voor de buitenwereld (moet je nagaan hoe dat voor mij is).

En soms voelt het alsof ik niet meer terug kan naar mijn oude naam. Terwijl ik op sommige plekken ook niet Mick kan zijn. En dat vind ik heel ingewikkeld. 
Ik ben het allebei, mijn oude naam (die ik hier bewust niet noem omdat ik blijf schrijven als Mick en de meeste mensen de naam toch wel kennen) en Mick.

Laatst kreeg ik de reactie van iemand: "tja, ik kan het niet meer volgen hoor!" En dat deed pijn....
Ik snap dat jij het niet kan volgen, dat het voor jou onduidelijk is. Maar (zonder verwijt overigens) heb je enig idee hoe ingewikkeld het voor mijzelf is?

Maar goed, een jaar verder nu. Er is weinig en toch heel erg veel veranderd. En hoewel de vorig jaar nog zo gewenste veranderingen er waarschijnlijk nooit gaan komen, blijf ik mijn zoektocht samen met het Vumc voorlopig wel vervolgen. Want pas nu, kom ik tot de vragen waar ik écht over na moet denken... dat plaatje. En hoe dat kloppend te maken.

De illusie, dat als de buitenkant maar eenmaal in het plaatje past, dat ik dan gelukkig zou zijn, heb ik laten varen. Geluk gaat niet komen van het plaatje aan de buitenkant. Het plaatje in mijn hoofd, dat verder niemand kan zien en waar dus ook niemand me mee kan helpen, moet gaan kloppen. En dat is hard werken!


foto: made by me, myself and I.