9 oktober 2018

Je zal het maar hebben... een verhaaltje over genderdysforie.

Als je me een beetje kent en volgt, dan weet je inmiddels wel dat ik transgender ben.
Ik zie mezelf als non-binair, oftewel niet vrouw, niet man, maar geen van twee. Ik ben gewoon Mick, niet meer en niet minder.

Ergens vorig jaar sloot ik mijn traject op de genderpoli in Amsterdam af met de conclusie dat niet ik, of mijn lijf moest veranderen, maar dat de maatschappij moest veranderen. Net zoals er meer is tussen hemel en aarde, is er ook meer tussen man en vrouw en het wordt hoog tijd dat de maatschappij dat eens gaat snappen en daarnaar gaat handelen.

Ik kwam tot de conclusie dat als ik mijn lijf zou laten veranderen, ik nog steeds niet 'gelukkig' of vrij zou zijn. Want ook met dat veranderde lichaam klopt het plaatje over mijn lijf dat ik in mijn hoofd heb nog steeds niet.

Nou ben ik geboren met de innerlijke en uiterlijke onderdelen van een vrouw... Nou ja.... een paar van die uiterlijke kenmerken deden er uiteraard een tijd over om zichtbaar te worden, maar toch, inmiddels zitten ze er,  helaas.

Dat betekent dus ook dat mijn (lichamelijke) ontwikkeling tot vrouw inmiddels wel zo'n beetje af is. Mijn geestelijke ontwikkeling tot vrouw heeft echter nooit plaats gevonden en zal ook nooit plaats vinden. Ik voel me geen vrouw, ik voel me alles behalve vrouw, maar dus ook geen man. En ik haat alles aan mijn lijf dat me eraan herinnert dat ik in een vrouwenlijf geboren ben.

Mocht je niet begrijpen wat ik dan bedoel, dan zal ik het proberen duidelijk te maken.
Borsten: van mij had het niet gehoeven! Ik vind ze niet mooi, niet nuttig, nodeloos extra gewicht en ik zou ze graag kwijt zijn. Maar tegelijkertijd ze eraf laten halen klopt (in mijn hoofd) ook niet. Dus tja, ik probeer ze zo veel en zo vaak mogelijk 'weg te maken' met een speciaal daarvoor ontwikkeld kledingstuk (een binder), maar dit is pijnlijk, oncomfortabel en ook niet gezond.
Dames, mocht je een idee willen hebben hoe dat voelt, stel je een stevige sportbeha voor en dat dan vijf maten te klein.... zo iets...

Het andere 'onderdeel' dat me er steeds aan herinnerde dat ik een vrouwenlijf had, was mijn menstruatie. Iedere maand opnieuw was dit de hel voor me. Iedere maand opnieuw het bewijs dat mijn lijf niet klopt, dat ik niet klop. Sommige vrouwen hebben maandelijks last van PMS, in mijn geval was het geen PMS, maar werd ik zo ongelukkig dat ik er iedere maand suïcidaal van werd, en dat is niet overdreven.
Ik riep dan ook steeds: haal die hele boel er maar uit, want ik wil dit niet meer. Het is totaal overbodig en ik word er, letterlijk, doodongelukkig van!
Maar gelukkig was er een iets minder rigoureuze oplossing: de prikpil. Daar zou je na verloop van tijd ook niet meer ongesteld van worden.
En hoewel alles in mij riep dat dit fout was (volgespoten worden met vrouwelijke hormonen terwijl ik geen vrouw ben!) ben ik daar na lang worstelen tóch maar mee begonnen. En ik moet zeggen: het was een verademing! Al vrij snel werd ik niet meer ongesteld en ook van zogenaamde 'doorbraakbloedingen' had ik nauwelijks last.
En dat was maar goed ook....

Vorige week kreeg ik echter een antibiotica kuur. En hoewel iedereen weet te vertellen dat de gewone pil daardoor even niet betrouwbaar is, kan tot nu toe niemand mij met zekerheid vertellen hoe dat voor de prikpil zit. Misschien spreek ik de verkeerde mensen, dat kan, maar ook de gynaecoloog van de genderpoli 'had geen idee'.

Mijn ervaring met antibiotica en de prikpil zijn, in mijn hoofd, niet zo positief: na een antibiotica kuur, krijg ik acuut een 'doorbraakbloeding' en niet een beetje, maar echt alsof ik weer gewoon ongesteld ben.

En dat gebeurde dus vandaag....
En al klinkt het vast heel overdreven voor jullie: Tranen met tuiten, mijn hele leven opnieuw op z'n kop en ik wilde dood. Nu weet ik inmiddels wel dat er een verband is tussen die bloeding en het feit dat ik me zo voel en dat het dus ook weer overgaat, maar op zo'n moment lijk ik al mijn opgebouwde coping mechanismen spontaan te verliezen.

En dus probeerde ik me door de dag heen te worstelen. maar dat lukte me niet zo heel erg goed.
Op een gegeven moment voelde ik me zo wanhopig, dat ik terug wilde grijpen naar één van mijn strategieën die ik (gelukkig) al heel lang niet meer nodig heb gehad: mezelf beschadigen.
En terwijl ik met mijn mesje klaar zat (had ik overigens verdomd lang naar moeten zoeken, geen idee meer waar ik dat ding gelaten had) trad mijn andere beschermingsmechanisme in werking: mijn stemmen besloten met een streng: "dat gaan we dus mooi niet doen", over te nemen.

En hoewel dat voor sommige mensen misschien nóg enger klinkt, ben ik er wel blij mee. Ja ik ben tijd kwijt (dan gaat de dag ook lekker een stuk sneller), ik ben nog steeds heel en nu ik zelf weer aan het roer sta, is de wanhoop (voorlopig) ook wel weer een beetje gezakt.Maar ik weet ook dat het over vijf minuten weer opnieuw de kop op kan steken.

Waarom vertel ik dit nou?
Veel mensen vragen mij wel eens wat dat nou is, genderdysforie en hoe dat er dan uitziet. Ik vind dat best moeilijk uit te leggen. Voor mij ziet het er dus (onder andere) zo uit. Maar ik ben maar één individu (vooruit, bestaande uit meerdere delen, dat dan weer wel) en dit is dus maar één ervaring. Voor iedere andere persoon met genderdysforie kan het dus weer heel anders zijn. Sommige dingen zullen overeenkomen, andere dingen niet, net zoals geen twee mensen met bijvoorbeeld een depressie hetzelfde zijn of exact hetzelfde ervaren.

En hoewel ik dit soort dagen al heel erg vaak gehad heb en ik WEET dat er ongetwijfeld nog veel van dit soort dagen zullen volgen, blijf ik het rete moeilijk vinden om met dit soort dagen om te gaan.

Voor mij zijn en blijven dit letterlijk KUT dagen!

foto: internet

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Babbel je mee?