7 mei 2022

Genderdysforie deel 2: Een onmogelijke opgave: zoeken naar je identiteit...

Dit wordt een reeks blogjes over mijn worstelingen met mijn genderidentiteit en mijn zoektocht naar mijn ware zelf. Ik schrijf ze vooral voor mezelf, omdat ik mijn verhaal op (digitaal) papier wil zetten en daardoor misschien de chaos in mijn hoofd wat kleiner te maken. En hoewel ik het voor mezelf schrijf en me heel goed realiseer dat dit heel persoonlijke, intieme informatie zal/gaat bevatten, ga ik het tóch plaatsen. Want als mijn geworstel en gezoek ook maar één iemand op welke manier dan ook kan helpen, dan is het me dat meer dan waard!

Dus: wees gewaarschuwd.. Het gaat over gender, over transgenders, non binair, gender neutraal, voornaamwoorden/pronouns enz. Dus als je daar niks mee te maken wil hebben, dan kun je nu nog wegklikken. 

**********

Goed... zoals je hier kan lezen, werd mijn leven een nog grotere puinhoop dan het al was. En ik raakte mezelf volledig kwijt. Ik begreep mezelf en de wereld om me heen niet meer, en dat was blijkbaar wederzijds. 

Op mijn 15e kwam ik in de psychiatrie terecht. Weliswaar niet direct voor mijn verwarring rondom mijn gender, maar meer een soort van algemene verwarring: ik had geen idee meer wie ik was, hoe ik me moest gedragen en wat er van me verwacht werd. Ik kreeg zóveel tegenstrijdige boodschappen, dat ik het spoor volledig bijster was. Het maakte allemaal niet zoveel uit wat ik deed of hoe ik me gedroeg, ik kon het nooit goed doen. 

Nu weet ik dat daar een term voor is: 'double bind messages' en dat je daar dus letterlijk gek van kunt worden. En dat is misschien ook wel precies wat er gebeurde. Als het niet uitmaakt wat je wel of niet doet, het sowieso altijd fout is, waarom zou je er dan überhaupt nog zijn? 

In die periode in de kinderpsychiatrie wilde men met mij op zoek gaan naar mijn identiteit: wie was ik? Want volgens de experts daar, was dat waar ik (zoals menig puber) mee worstelde. Dat was echter niet zozeer mijn grootste probleem, maar over het werkelijke probleem (mishandeling en verwaarlozing) kon ik het daar niet hebben, aangezien het probleem binnen het systeem zat en we daar als 'systeem' zaten. En dus ging mijn periode daar over een zoektocht naar de vraag 'wie ben je?'. 

Het stukje gender werd er wel kort aangeraakt. Ik werd gezien (en omschreven) als 'androgyn' en als een heel stoer meisje. Het viel hen op dat mijn stijl van kleden en doen, en zelfs mijn hobby's redelijk 'jongensachtig' waren en dat benoemden ze ook. In mijn dossier staat ook beschreven dat ik bij die opmerking ging glunderen en bevestigend reageerde. En dus werd er in een gesprek aan mij gevraagd of ik liever een jongen had willen zijn. Maar omdat ik inmiddels wel door had, dat dat nou eenmaal niet zo was en dat blijkbaar ook niet kon, gaf ik als antwoord dat dat nou eenmaal niet kon. Maar als ik dan geen jongen kon zijn, dat ik dan in ieder geval een stoer meisje wilde zijn. 

Ik had zelf nog nooit gehoord van transgender of genderdysforie en ik denk ook niet dat ze er daar (op dat moment) veel kaas van gegeten hadden, maar ik vind het wel opvallend dat we het er blijkbaar wel over hebben gehad en dat mijn ongenoegen met mijn geboortegeslacht wel degelijk besproken en benoemd zijn. Ze hebben er verder in ieder geval niks mee gedaan. 

En dus moest ik op zoek naar 'wie ik was' en die zoektocht wilde niet echt goed lukken. Ik probeerde op alle plaatsen te doen en te zijn wat (ik dacht dat) er van me verwacht werd, maar ik geloof niet dat ik daar echt in slaagde en ik werd er zeker niet gelukkiger van.

En op mijn 18e verjaardag stond ik dan weer buiten, zonder dat er ook maar iets aan mijn werkelijke problemen gedaan was, nog steeds geen flauw idee hebbend wie ik was en of ik überhaupt wel bestaansrecht had.

Als ik nu terugdenk, dan denk ik dat zoeken naar 'wie ik was' een onmogelijke opgave was. Ik ben er namelijk van overtuigd, dat er aan de vraag 'wie ben je?' een vraag vooraf gaat die eerst beantwoord moet worden, namelijk de vraag 'wat ben je?'.

En voor de meeste mensen is dat een vraag waar ze nooit over hoeven na te denken. De meeste mensen weten wat ze zijn: ze zijn man of vrouw en daar voelen ze zich prima bij. Sterker nog, ze zijn zich er meestal niet eens (gevoelsmatig) bewust van dat het ook anders had kunnen zijn. Het klopt voor hen gewoon, het is een vanzelfsprekendheid waaraan ze (gelukkig) niet hoeven te twijfelen. 

Voor mij (en een heleboel) anderen is het antwoord op die vraag niet zo vanzelfsprekend en klopt het gevoelsmatig  gewoon niet. Bij sommigen is dat al van heel jongs af aan, bij anderen begint het pas later flink te schuren. 

Hoe dan ook, zonder het antwoord op de vraag 'wat ben je', kun je niet beginnen te bouwen aan de vraag 'wie ben je'. 

Ik probeer het altijd aan mensen uit te leggen door de vergelijking te trekken met een huis. Als je een goed, stabiel en stevig huis wil bouwen, dan moet je een goede fundering hebben. Heb je die niet, dan gaat het misschien wel een hele tijd goed, maar er gaat een moment komen dat er scheuren in de muren komen, dat de boel gaat verzakken en meer van dat soort problemen. Doe je er niks aan, dan wordt je huis gevaarlijk en loop je zelfs de kans dat het onbewoonbaar verklaard wordt (of zelfs instort). 

De vraag 'wat ben je' is voor mij als de fundering. Zonder die fundering kan ik wel gaan bouwen aan mijn huis (wie ben je), maar zolang ik niet duidelijk heb wát ik ben, zal mijn huis, mijn identiteit, steeds opnieuw scheuren oplopen en uiteindelijk in elkaar storten.

En nee, ik identificeer mij niet als huis..... maar ik hoop dat de vergelijking een beetje duidelijk is.

foto: internet



Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Babbel je mee?